zeiljacht-freedom.reismee.nl

Terug in Bretagne

15/7 l’Herbaudière-Croisic: 23 NM, 6 uur. NNO tot NNW 2à 3 bft, zon. Op motor en zeil
19/7 Croisic-Ile Hoëdic: 15nM, 4 uur. NO 3 bft , veel zon. Zeilend.
22/7 Ile Hoëdic-Golf de Morbihan/Ile d’Arz. 20 nM, 3 ½ uur. NO 1bft zon/licht bewolkt (mistflarden)
op de motor.

In l’Herbaudière hebben we het wel gezien en we oriënteren ons op wat de volgende plaats moet worden. Op de heenweg hadden we het plan langs alle eilanden te varen, dat was eenvoudig; nu we op de terugweg ook plaatsen aan de wal aandoen is er veel meer keuze. Teveel, telkens weer lezen in de pilots en kiezen, je wordt er moe van …. We gaan het liefste naar een klein bijzonder haventje, marina’s interesseren ons niet zo; maar wel extra uitzoekwerk dan m.b.t. tij e.d.. Droogvallen of ankeren is nog mooier, maar dat vinden we dan meer iets voor een tweede nacht, als je de omstandigheden ter plaatse hebt gezien; en uiteraard is de wind(richting) ook zeer bepalend of dat kan. We kiezen uiteindelijk voor Croisic, een oud Bretons stadje met een droogvalhaven; en daar hebben we geen spijt van! We zien het plaatsje al van verre liggen, maar je moet het schiereiland waar het op ligt eerst omzeilen; langs een lange strekdam vaar je dan binnen. Het kan er hard stromen, maar vanwege de droogvalhaven zijn we er met hoog water en dan valt de stroomsterkte wel mee. We komen aan als Frankrijk net de wereldtitel (voetbal) heeft binnengesleept, dus op dat moment was het even niet erg rustig : gejuich alom, getoeter van rondrijdende auto’s met vlaggen en mensen uit de ramen en het dak, vuurwerk en rookgordijnen, zingende groepjes fan’s en dat tot een uur of twaalf.
Er is in de haven plaats voor acht gasten aan wiebelige steigertjes en je valt mooi vlak droog in de mud. Wij hebben de laatste vrije plek.Tegenover de haven ligt een grote baai (waar je ook kan ankeren), die als ie droogvalt allerlei bedrijvigheid laat zien van mossel- en kokkel- en oesterkwekers. Daar achter blijken ook weer zoutpannen te liggen. Stadje schilderachtig en rustig. Een bijzondere lange kade met 5 havenkommen naast elkaar en daar tussen (werk?)eilanden. Ook de Kurun, de boot van de beroemde wereldomzeiler le Toumelin( in 1948) ligt er. Houten schip, gaffeltuig, mooi.
Mooie huizen langs de kade (welvarend stadje geweest), en ook de straatjes daarachter zijn erg mooi met vakwerkhuizen en bloemen voor de deur. We maken een fietstochtje rondom de baai naar het middeleeuwse stadje Guérande. Dit is werkelijk echt mooi en bewaard gebleven, maar zó verschrikkelijk toeristisch, dat we niet eens meer zin hebben om op een terrasje te gaan eten (kopen bij de bakker een lekker belegd broodje en picknicken). In Croisic gaan we ’s avonds naar een barokconcert in de grote kerk. We hebben leuke aanspraak van de mensen (musici) naast ons: Nederlanders op lemsteraak Viola, gebouwd in Aalsmeer aan de Uiterweg door een door Theo Otto (bij fam Haak bekend!) opgeleidde scheepsbouwer. Zoals vele Fransen, raden ook zij ons aan naar de Golf de Morbihan te gaan. Wij hadden Morbihan al van ‘t lijstje gehaald, vanwege zomerdrukte en de gevreesde sterke stroom (tot 10 kts!!) die er kan staan en omdat we denken dat het een beetje-klein-om-te-zeilen voor ons is, maar nu maken we toch het plan er heen te gaan, via ile Hoedic. Eerst nog wat proviand aanvullen en Aad repareert het nog steeds lekkende dakraam, door een veel groter stuk van de kitrand te vervangen.

Lekker relaxed zeiltochtje naar ile Hoëdic! Eindelijk eens de stroom mee, zoals we dat op de stroomkaartjes hebben gezien. De stroom is in dit gebied niet zo sterk, maar hoe vaak hebben we niet stroom tégen gehad, als het volgens de stroomkaartjes mee zou zijn. Dan is 1 knoopje stroom tegen toch weer een tegenvaller, vooral bij weinig wind.
We varen het kleine haventje van Hoëdic in en meren aan, aan een zg. margarithe-boei. Alle schepen rondom één grote ton, bij tien/twaalf schepen lijkt het inderdaad -van boven af gezien- op een bloem.
Hoëdic is werkelijk een pareltje! Een klein eiland, doet denken aan Schiermonnikoog, nóg een stuk kleiner, ook zonder auto’s, weinig mensen, 1 witte huizen-dorpje in het midden, heel idylisch met een paar cafétjes, een Mairie met postkantoor, een winkeltje met strandkleding, een supermarktje en een bakker! Op foto’s van een tentoonstelling in het fort zien we dat het vroeger allerminst idyllisch is geweest, de huizen nog niet wit gepleisterd, geen bloemen voor de deur, armoede alom en guur weer; maar wel een echt vissersdorp met school en kerk en processies etc.
Er is ook een mooie camping. De veerpontjes komen een paar keer per dag en er staan dan mensen te zwaaien op de pier. De bagage wordt in handkarren of met de tractor van A naar B gebracht.
We wandelen meteen het halve eiland rond en zien prachtige baaien en stranden. Het landschap is als duinen, al is het op een rots. Weids, lage begroeiing, mooie kleuren van gele, witte en rode beschermde bloemen. De volgende dag waait het te hard voor ankeren of weggaan; tweede wandeling gemaakt. De derde dag regent het ‘s morgens pijpestelen, alles is grijs en de voorspelling is zo voor de héle dag. We besluiten te blijven, en….het weer klaart om 11 uur al helemaal op en we genieten van nog een dag op dit top-eiland; siesta op het strand, ik zwem in zee en Aad rent het hele eiland rond.
Op de vierde dag vertrekken we dan naar de golf van Morbihan, wel met enige spijt, want op dit eiland zou je rustig een week of nog langer kunnen blijven.
Er is hoegenaamd geen wind, dus op de motor. Het kan er dus zeer sterk stromen bij de ingang van Morbihan en in engtes tussen eilanden! Maar we hebben doodtij en gaan aan het eind van de vloed naar binnen. Niet gevaarlijk dus, maar wel een zichtbare stroom, gekke rafelingen, onrustig water. Een gevoel of we weer thuis in Reeuwijk zijn, overvalt ons….: heleboel eilanden, kleine zeilboten die omslaan en weer overeind komen (het is inmiddels gaan waaien , vent solaire), zeilscholen en twee luchtbalonnen de volgende ochtend vroeg. Nou ja het is natuurlijk wel veel groter, zout water, stroom… Een prachtig natuurgebied, maar wij kunnen er niet echt zeilen, je vaart door slingerende geulen, dus steeds andere windrichting en voor kruisen kennen we het water en de ondieptes en rotsbodem (onder water) niet goed genoeg. Alle eilanden zijn privé, alleen de twee grote eilanden zijn wel openbaar toegankelijk; er wordt ook op gewoond. Bij Bourg op Ile d’Arz zoeken we een ankerplek en laten het anker vallen. De rest van de dag lekker gelezen, Aad voor derde keer stuk van panoramaraam gekit en verder niets gedaan aan boord, morgen gaan we wel op het eiland kijken.

Blogspreuk van de dag: “I have learned over the years that when one’s mind is made up, this diminishes fear. “(Rosa Parks)

foto’s volgen

Reacties

Reacties

Annet

Het is leuk jullie reis te volgen in de atlas van de Times kan ik veel vinden. Dank voor jullie uitvoerig verslag! Goede reis verder. Gr.Annet

marion

wat weer leuk om te lezen. en leuk om op de kaart te zien. het is bloedheet hier. kan er niet goed tegen/..hopelijk binnenkort eens regen.

Marion Hampson

Al die plaatsjes klinken zo leuk! Eng met de stromingen! Hadden wij ook een keer... heel erg... eng! Veel plezier.. wij vertrekken net weer voor onze volgende kampeertocht. Blijven zuid, heel veel bosbranden in het noorden vanwege hitte en droogte. Moeten nog afwachten hoe dat loopt voor volgende maand...
Geniet!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!